Huishoudelijk reglement
Deventer Handboogvereniging, versie 15 april 2018
De meeste regels hebben betrekking op de veiligheid op de baan. Er wordt van je verwacht dat je jouw gezond verstand gebruikt en niets of niemand in gevaar brengt. Het niet naleven van de huisregels of statuten kan ertoe leiden dat je niet meer bij ons mag schieten.
Rondom het schieten
1. Voor aanvang van de training beginnen alle aanwezige schutters met het opbouwen van de banen. Na afloop van de training ruimen de schutters al het materiaal op. Belangrijk: Er worden voldoende banen opgebouwd voor de schutters die op tijd aanwezig zijn. Ben je te laat dan bouw je zelf een baan op en ruim je deze na afloop natuurlijk ook zelf weer op.
2. Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle aanwezigen op de baan om een veilige en prettige gang van zaken te waarborgen.
3. Schutters moeten er op toezien dat eventueel aanwezige andere schutters de baan veilig gebruiken en alle bovenstaande regels in acht nemen. In het belang van de veiligheid op de baan is het verplicht andere schutters te wijzen op onveilig gedrag.
4. Aanwijzingen van baancommissaris dienen onmiddellijk te worden opgevolgd. Daarna is er eventueel ruimte voor discussie over de correctheid van de aanwijzing.
5. Het is niet toegestaan om te rennen of te stoeien met boog of pijlen in je hand, pijlentas of -koker.
6. Zowel de binnen als de buitenlocatie zijn alleen tijdens de reguliere trainingstijden toegankelijk. In overleg kan ook buiten de trainingstijden geschoten worden. Hiervoor kan wel een vergoeding gevraagd worden.
Het schieten
1. De praktische leiding van het schieten en de daarmee gepaard gaande activiteiten is in handen van de baancommissaris. Hij/zij ziet er op toe dat iedereen zich aan de (veiligheids)regels houdt.
2. De baancommissaris gebruikt voor het leiden van de schietactiviteiten fluitsignalen;
- één enkel fluitsignaal betekent dat er kan worden geschoten,
- twee kort achter elkaar klinkende fluitsignalen betekent dat het schieten is gestopt er niet meer mag worden geschoten en de pijlen kunnen worden gehaald.
- Optioneel wordt er voorafgaand aan de twee korte fluitsignaleren het commando ‘Laatste pijl’ gebruikt om aan te geven dat er geen nieuwe pijl meer opgelegd mag worden.
3. Bij afwezigheid van de fluit worden de volgende commando’s gehanteerd:
- ‘Schieten’ betekent dat er kan worden geschoten,
- ‘Laatste pijl’ betekent dat er geen nieuwe pijl meer opgelegd mag worden,
- ‘Halen’ betekent dat er niet meer mag worden geschoten en de pijlen kunnen worden gehaald.
4. De schutters schieten vanaf de Schietlijn (meet).
5. Schutters die niet schieten staan achter de Wachtlijn. Je mag je boog in je hand houden mits je geen pijl oplegt.
6. Het publiek dient zich te allen tijde achter de Wachtlijn te bevinden.
7. Tijdens het schieten mag niemand zich tussen de Schietlijn en de doelen bevinden.
8. Pas nadat het enkele fluitsignaal of het commando ‘Schieten’ is gegeven mogen de schutters zich naar de Schietlijn begeven.
9. Er mag alleen geschoten worden vanaf de afgesproken Schietlijn (meet). Het is verboden de Schietlijn zelfstandig te wijzigen.
10. Het kruislings schieten (van baan veranderen) is niet toegestaan.
11. Het is uiteraard verboden om op mensen en andere levende wezens te schieten of op materiaal of zaken die hier niet voor bedoeld zijn. Ook schieten we niet op afbeeldingen van mensen of onderwerpen wanneer dat als kwetsend of aanstootgevend kan worden ervaren.
12. Richt ook nooit een uitgetrokken boog op of in de richting van mensen en andere levende wezens of op materiaal of zaken die hier niet voor bedoeld zijn. Zelfs als er geen pijl op ligt. Dit geldt dus ook als er zich nog iemand tussen de Schietlijn en het doel bevindt.
13. Ook tijdens het opzetten van de pijl en het uittrekken van de boog dient de pijl naar het doel te wijzen.
14. Als je een of meerdere schietrondes overslaat, zet je jouw materiaal achter de Wachtlijn zodat je geen baan bezet houdt.
Het halen
1. De pijlen worden gezamenlijk opgehaald en pas nadat de baancommissaris dit heeft aangegeven door middel van twee fluitsignalen of het commando “Halen”.
2. Loop rustig van de Schietlijn naar de doelen. Niet rennen in verband met struikelen over gemiste pijlen. Er mag tussen de Schietlijn en het doel nooit worden gerend, dus ook niet bij het teruglopen.
3. Help elkaar bij het zoeken naar gemiste pijlen. Vind je een pijl die niet van jou is zet deze dan rechtop in het veld of tegen een doel zodat de eigenaar zijn pijl kan zien.
Materiaal
1. Er mag alleen met handbogen geschoten worden. Kruisbogen en de bijvoorbeeld zogenoemde broadhead of razorhead pijlen zijn dus niet toegestaan.
2. Er mag alleen op doelen geschoten worden die geschikt zijn voor de boog waarmee je schiet. Houdt er rekening mee dat de 3D-dieren kwetsbaar zijn en dat je hierop dus niet met een te zware boog schiet. Verwijtbare schade aan de accommodatie of aan verenigingsmateriaal of schade door oneigenlijk gebruik wordt bij de schutter in rekening gebracht.
3. Bij aanschaf van materialen buiten de vereniging om dient de schutter de materialen vóór gebruik ter goedkeuring aan de baancommissaris voor te leggen.
4. Kom niet zonder toestemming van de eigenaar aan andermans spullen.
5. Alleen met toestemming van de baancommissaris mag je verenigingsmateriaal gebruiken.
6. Gebruik van verenigingsmateriaal is alleen mogelijk als hiervoor materiaalhuur is betaald.
7. Verenigingsmateriaal lever je na de training weer in bij de baancommissaris. Het is niet de bedoeling dat je verenigingsmateriaal mee naar huis neemt.
8. Verenigingsmateriaal dat tijdens het gebruik beschadigd raakt dient direct ingeleverd te worden bij de baancommissaris. Eventuele schade dient vergoed te worden door de persoon aan wie het verenigingsmateriaal is uitgegeven.
3D doelen
1. De 3D doelen zijn erg kostbaar en mogen daarom alleen na toestemming van een bestuurslid gebruikt worden.
2. 3D doelen zijn enkel bedoeld om op te schieten. Overige ‘mishandelingen’ zijn niet toegestaan.
3. Pijlen dienen rustig en beheerst uit de 3D doelen verwijderd te worden. Niet op de 3D doelen gaan staan of tegenhouden met de voet(en). Vooral de kleine 3D doelen zijn kwetsbaar. Lukt het niet, vraag dan hulp van een andere schutter of de baancommissaris
4. Wordt een 3D doel ‘omgeschoten’ dan mag op dit doel, in deze ronde, door niemand meer geschoten worden. Uiteraard zet je het omgeschoten doel, tijdens het halen van de pijlen, weer even rechtop.
5. Een 3D doel mag je maximaal 1x per ronde raken. Dus raak je met de eerste pijl al meteen een doel (en dat is natuurlijk erg goed) dan mag je, in deze ronde, niet meer op dit doel schieten. Een andere schutter die dit doel in deze ronde nog niet geraakt heeft, mag uiteraard nog wel op dit doel schieten.
6. Ondanks dat de 3D doelen veelal de vorm van een dier hebben, stimuleert de vereniging op geen enkele wijze het schieten op echte dieren. Sterker nog, dit is verboden volgens de Nederlandse wet en wij keuren het schieten op echte dieren dan ook af.
Drugs en alcohol
1. Het gebruiken of het onder invloed zijn van alcohol en andere verdovende of geestverruimende middelen is tijdens het schieten niet toegestaan. Indien gebruik wordt vermoed, kan de betreffende persoon toegang tot de schietbaan of verenigingsactiviteiten worden ontzegd.